Terwijl Kopenhagen de toppositie behoudt, heeft Amsterdam Utrecht met recente gedurfde stappen van de tweede plaats geklopt. Alle drie blijven ze rolmodellen voor meest fietsvriendelijke steden ter wereld. Maar het zijn niet langer alleen de Deense en Nederlandse steden die de fiets echt serieus nemen. België en Frankrijk zien de kloof steeds kleiner worden met hun Antwerpen en Straatsburg!
NR 1- Kopenhagen: De cijfers maken het makkelijk: 62 procent van de inwoners gaat met de fiets naar werk of school. Kopenhagenaars fietsen elke dag 1300.000 kilometer. Meer dan 40 euro per hoofd van de bevolking aan investeringen in fietsinfrastructuur. Vier fietsbruggen gebouwd of in aanbouw. 160 kilometer nieuwe regionale fietssnelwegen.
NR 2- Amsterdam: Amsterdam is terug in het spel. Nadat de Nederlandse hoofdstad de vorige keer naar de derde plaats is gezakt, laat ze ons zien hoe een stad kan herkennen wanneer dingen uitglijden en zichzelf weer omhoog trekken. Sinds de laatste index heeft de stad een ambitieus nieuw plan voor 2022 uitgebracht dat zich richt op het verbeteren van de fietsenstalling en de bestaande fietsinfrastructuur. Met 11.000 nieuwe inwoners per jaar creëert Amsterdam nieuwe 'koninklijke routes' om meer fietsen te huisvesten. Om stress tijdens de spits te verminderen, verbreden ze bestaande fietspaden, bouwen ze meer fietsstraten met lage snelheid en herinrichten ze grote kruispunten om meer beschermde fietsruimte mogelijk te maken.
NR 3- Utrecht: Het is moeilijk om op te vallen als fietsvriendelijke stad in Nederland, maar Utrecht straalt met de bereidheid om innovatie te omarmen en grenzen te verleggen. Zoals bij veel Nederlandse steden profiteert Utrecht van fietsinfrastructuur van wereldklasse, hoge fietsmodaalaandelen, handige intermodaliteit en fietsers van alle rangen en standen. Maar waar de stad echt indruk maakt, is in innovatie en politieke wil. Een aanzienlijk deel van de toename van het fietsmodaal aandeel gaat ten koste van het autogebruik. Politici in deze groeiende stad streven fietsen na als een vervoersmiddel met het grootste potentieel, waarbij ze voorrang geven aan fietsen boven autorijden, met als doel het woon-werkverkeer op de fiets tegen 2030 te verdubbelen.
NR 4- Antwerpen: Antwerpen heeft de voorbije twee jaar voortgebouwd op zijn gevestigde reputatie als fietsvriendelijke stad. De trifecta van visionaire basisinitiatieven, professionele expertise en gemeentelijke actie hebben de stad vooruit gedreven. Het recente fietsplan van de stad heeft zich gericht op het verbeteren en verbinden van het fietsnetwerk door middel van kruispuntverbeteringen, verkeerslichtbeheer en een doel om de snelheidslimieten op 95 procent van alle straten te verlagen tot 30 km / h. Gericht op woon-werkverkeer heeft Antwerpen de fietsenstalling bij treinstations uitgebreid en werkt het aan de uitbreiding van een netwerk van fietssnelwegen die aansluiten op de bredere regio. En deze strategieën en investeringen maken het verschil: het Antwerpse fietsmodaalaandeel steeg van 2014 naar 33 procent van 2014 naar 2018, met een kleine meerderheid van de vrouwelijke fietsforensen.
NR 5- Straatsburg: Straatsburg wordt al lang erkend als de belangrijkste fietsstad van Frankrijk. En zoals andere Franse metropolen hebben opgemerkt, heeft het zijn toppositie behouden door zijn zinnen verder te zetten dan een gecentraliseerd stedelijk fietsnetwerk. De nieuwe fietsstrategie van de stad richt zich op het stimuleren van nieuwe fietsers, het moderniseren van het bestaande netwerk, het uitbreiden van de Vélostras-fietssnelwegen naar de omliggende buitenwijken en het benutten van het potentieel van bakfietsen.
